Zuidwest België - najaar 2018

Verkenning Zuidwest België 

Vr 26/10 - Oostende - Veurne

 Om 18:00 u vertrokken en na 32 km richting het zuiden via de E 40 om 18:30 u aangekomen. De parking aan de Lindendreef (gps N 51.07052; O 02.66484) ligt op een 400 m van de Grote Markt. Er zijn geen voorzieningen. Eventueel kan uitgeweken worden naar de wat verder gelegen parking aan de Sasstraat, waar het iets rustiger is.

 Het is vrijdagavond en de horecazaken op de Grote Markt** zijn open en worden druk bezocht ondanks, of juist wegens het gure weer.

 Gelegenheid te over om de architectuur met avondbelichting te bewonderen.


Zat 27/10 - bezoek Veurne

 De nacht was al een een kleine indicatie van wat ons vandaag te wachten staat. Regelmatig regenvlagen op ons dak, gepaard met felle (ruk)winden.

 Geen weer om een hond door te jagen zeggen ze dan. Afin, ik ben geen hond, dus maar warm ingeduffeld voor een verdere verkenning en bezoek. Ondanks de betrokken lucht, ziet het marktplein er stukken anders uit.

 Enkele van de monumenten in Veurne**

 Het Spaans Paviljoen* uit 1448-1452 was oorspronkelijk het stadhuis. In de 17 de eeuw werd het een onderkomen voor Spaanse officieren - vandaar de naam. 

 Het huidige Stadhuis** gebouwd tussen 1596-1612 in Vlaamse Renaissance stijl. Het poortgedeelte leidt naar het achterliggende stadspark.
 Het Landhuis**. Dit Renaissance landhuis uit 1613-1621 is gebouwd ter vervanging van een ouder Gotisch pand. 
 Hier zijn nu het Toerisme Bureau en het Museum Vrij Vaderland in ondergebracht
 Het kroonjuweel van de architectuur van Veurne is het Belfort** dat sedert 1999 op de UNESCO werelderfgoedlijst staat. 

 Het is tegen het Landhuis in 1628 aangebouwd en maakt daar nu deel van uit.  Helaas niet voor bezoek toegankelijk. 

 De overgang van laatgotisch naar renaissance en uiteindelijk in de spits naar vroeg barok is wel bijzonder voor dit symbool van de burgerij.

 Op deze trip hoop ik nog enkele andere belforten te bezoeken.  

 Ik wordt door een heuse hagelbui overvallen. De ideale gelegenheid voor een museumbezoek. 

 In het Landhuis is de tentoonstelling Vrij Vaderland ondergebracht. Tijdens WO I werd Veurne door de gevechtshandelingen de hoofdstad van het onbezette België.
Vrij Vaderland brengt vooral het leven achter het front tot leven.
 Een onderdeel van het leven achter het front was o.a. de rechtspraak. Deze valt tijdens de oorlog onder het militaire gezag. Zo kom je te weten dat de moordenaar Emile Verfaille de laatste was die door onthoofding op 26 maart 1918 werd terechtgesteld. Koning Albert I had beslist dat dit via de guillotine moest gebeuren. Speciaal daarvoor werd een exemplaar uit Parijs overgebracht.

 Nog een beetje rondgewandeld in het stadspark. Hier kom je nog enkele restanten tegen uit de geschiedenis van deze parel van de Westhoek.

Zat 27/10 - verplaatsen Sint-Winoksbergen

 Tegen de middag nog wat inkopen gedaan in de Lidl en doorgereden naar het in Frankrijk gelegen Sint-Winoksbergen** (Bergues). Korte rit van 43 km.
 Om 12:45 u aangekomen op de CP* (gps N 50.96543; O 02.43596) bij het Stade Jacques Andrès. Ruim, rustig gelegen, met sorteerbakken maar verder geen faciliteiten.

 Ideale plaats voor een fietsverkenning van de streek wegens de centrale ligging in het Noorderdepartement.


 Op wandelafstand van de binnenstad, te bereiken via de Rosse Torre nu de Tour de Couleuvriniers.
 
 De geschiedenis van de stad is nauw verbonden met de die van het graafschap Vlaanderen. Het ontstond als een castrum gebouwd in 891 door Boudewijn II de Kale, een verwijzing naar zijn afstamming van Karel de Grote, als deel van de verdedigingsgordel tegen de invallen van de Noormannen. 

 Om de gemeenschap wat meer religieus aanzien te geven, liet de graaf de stoffelijke resten van de heilige Winok overbrengen en draagt de stad sindsdien zijn naam.

 Na de vrede van Aken in 1668 wordt de stad definitief bij Frankrijk gevoegd. Daardoor heeft ze later meer de verduren gehad tijdens de Franse Revolutie dan de 'andere' Vlaamse steden.
 Tijdens de beide wereldoorlogen lag de stad midden op het slagveld en mocht dus rekenen op de aandacht van de Duitse artillerie.
 Bij het grote publiek is Sint-Winoksbergen vooral bekend door de film Bienvenue chez les Ch'tis.

 Als bewijs van bestuurlijke onafhankelijkheid moest de graaf de bouw van het Belfort** in 1240 toestaan. Het zou één van de mooiste belforten van Frankrijk zijn geweest. Zou geweest zijn, want ze werd op 16/09/1944 door de Duitsers opgeblazen en pas in 1961 herbouwd. Blijkbaar niet met het oorspronkelijke vakmanschap, want er moet gerestaureerd worden. 

 Het centrale plein vormde ook de kern van de oude burcht. Buiten het belfort is daar niets van over.  De grachten werden in de 18 de eeuw dichtgemaakt en vormen nu een ring rond het centrum. Dat is duidelijk op een stadsplan te zien.


 Door zijn ligging aan de rivieren de Kolme en de Aa ontstond een welvarende lakenhandel met een eigen wolmarkt.


 Langs de kade van de Kolme vind je prachtige voorbeelden van Vlaamse bouwstijl en valt de verwantschap met Brugge en Gent op.


 Naast restanten van de middeleeuwse vestingen, kun je niet voorbij de aanpassingen door de Meester – Vauban. Het mooiste voorbeeld daarvan is de Kasselse Poort.

 Ik slenter nog wat rond en stuit telkens op delen van die omwalling. Je moet al een beetje archeoloog zijn om de diverse stijlen en periodes uit elkaar te kunnen houden. Het valt op dat er inspanningen gedaan worden om het bouwkundig erfgoed te bewaren en het aantrekkelijk voor de toerist te maken. Alhoewel; een bezoek op het einde van oktober plaatst je voor veel gesloten deuren. De horecazaken te na gelaten natuurlijk.
 Tijdens het rondwandelen moet je er wel rekening mee houden dat 60% van de stad tijdens de Tweede Wereldoorlog verwoest werd en heropgebouwd moest worden. Denk maar aan Ieper en Diksmuide die dat lot tijdens de Grote Oorlog hebben ondergaan.
 Probeer maar eens aan een buitenlander uit te leggen hoe de Vlaamse geschiedenis is elkaar zit. We hebben zo ongeveer alles en iedereen over ons heen gekregen. Ik ben vooral dankbaar dat we in het huidige Europa ten minste de neuzen min of meer in dezelfde richting krijgen. Laat ons vooral blijven werken aan het voorkomen van de waanzin van oorlog.

Zon 28/10 Bergues – Boeschepe

 Een wandeling brengt me via de volkstuintjes, naar het terrein van de oorspronkelijke abdij van Sint-Winoksbergen. Deze werd door Boudewijn IV met de Baard, in de 11 de eeuw gesticht.


 Buiten de stadswallen op de groenheuvel, nu een stadspark, zijn daar alleen nog enkele resten van over. 

 De robuuste toren van de abdijkerk en de in de in 1818 herbouwde 'piektorre'. Die op zichzelf staande toren werd herbouwd als baken voor de zeelieden.

 De Tour de Marbre* geeft dan weer een indruk van het belang en de oorspronkelijke rijkdom van de abdij.
 Staaltjes van vakmanschap kun je her en der op het terrein vinden.


 Ik neem afscheid van deze zeer toegankelijke centrale plaats met het vaste voornemen hier terug te keren voor een verdere verkenning van de streek. Er wachten ongetwijfeld nog pareltjes op ontdekking.

 Om 14:30 u doorgereden voor een impressie van het heuvelland, maar dan aan Franse zijde. De 'Schreve' is hier nooit ver weg en de oorspronkelijke verbondenheid met Vlaanderen blijkt uit de namen van de dorpjes, zoals Herzele, Steenvoorde, Godewaarsvelde...

 Eindbestemming Boeschepe na 30 kmRustig gelegen parking bij Estaminet De Vierpot en de windmolen   (gps N 50.80245; O 02.68747) op 7 km van Poperinge.

 Wat rondgewandeld in de omgeving van de molen, richting Katsberg. We stuiten hier op de rood-witte streepjes van de GR 128. We dwalen niet te ver af, want er is een hongertje dat gestild moet worden. Ik kan De Vierpot daarvoor warm aanbevelen.

 Nog een beetje genieten van de zonsondergang over Vlaamse Heuvels. Het mag ook eens wat anders zijn dan In Flanders Fields.





Ma 29/10-di 30/10 – Boeschepe – Péruwelz

Om 08:30 u vertrokken via de D 10, de A 25 en de E 42 naar het 90 km oostelijk gelegen Péruwelz. Gelegen in het zuiden van de provincie Henegouwen maakt het deel uit van een streek die ten onrechte een beetje miskend wordt. 
 Om 10:30 u aangekomen bij de mooi gelegen CP** aan de jachthaven (gps N 50.47144; O 04.08951). Voor € 6,00 mag je 24 u blijven staan, inclusief elektriciteit en water. Vrij wifi gebruik in de bistro, open in het weekeinde en op maandag.

 Er zijn toiletten aanwezig. Voor € 1,70 kun je ook een douche nemen.

 Wandeling langs het Canal Nimy-Peronne, richting Bla-ton een kleine 7 km. Zeer rustig. Zo heel af en toe passeert er eens een rivierboot.


Di 30/10

 Het voorspelde koude- en regenfront heeft ons bereikt. Rest ons een beetje improviseren. Wat lezen, de mail checken, uitgebreid koken …
 Een verkenning van de stad brengt me uiteindelijk bij de Colruyt. Blijkt in feite redelijk dichtbij (750 m) te liggen als je via het kanaal terugkomt.

 In de late middag klaart het dan wat uit en kunnen we nog een wandeling langs het kanaal maken. Het wordt nog een stevige wandeling heen en terug – 11 km richting Tournai.


Wo 31/10 – Péruwelz  Thieu

Tijdens de voorbereiding ziet het er allemaal simpel uit. Volgens Google Maps zou 45 km me op de volgende bestemming hebben moeten brengen. Zeer voorwaardelijke wijs. Dat houdt geen rekening met wegenwerken, omleidingen en uitvallen van gps. Maar op de 'oude' manier komen we er ook. Zij het met 20 km extra.
 Na 66 km om 11:45 u aangekomen op de  zeer rustig  gelegen CP bij de jachthaven (gps N 50.47144; O 04.08951). Er zijn geen voorzieningen.

 Vlakbij ligt de 'oude' lift die deel uitmaakt van het industriële erfgoed**. Samen met drie andere op hetzelfde Canal du Centre, opgenomen in de UNESCO werelderfgoedlijst. Op een infobord wordt het principe van de communicerende vaten uitgelegd waarmee de lift in beweging wordt gebracht.

In de middag maak ik een fietstocht langs het kanaal richting Mons. Een prettig ritje van 35 km in 01:43 u. Een eerste summiere indruk van de stad, vanuit de verte. Het bezoek sparen we op voor later.

 Terug bij de parking is het tijd voor een aperitief en een verkenning van Thieu. Hier is niets te beleven. Maar de echte blikvanger is de Ascenseur de Strépy-Thieu.

 De Kabellift is 102 m hoog en 135 m lang. Met de lift kan er een niveauverschil overbrugd worden van 73,15 m.   Deze lift vervangt op haar eentje de vier hydraulische liften van het historisch Centrumkanaal en twee sluizen. De werken  eraan begonnen in 1982 en na veel gedelibereer over de zin en onzin, werd het in 2002 in gebruik genomen. Een prachtig staaltje van ingenieurskunst!

Do 01/11 – Thieu – Froidchapelle

Wat gisteren waar was, wordt vandaag alleen maar erger. De opgegeven coördinaten brengen me midden in het bos. Ik beland zo'n beetje in de middle of nowhere en dat was helemaal niet de bedoeling. Het resultaat van één cijfertje verkeerd ingeven.

 De wegenkaart en nieuwe coördinaten brengen me dan op een aanvaardbare plaats bij de barrage. De bij het infocenter gelegen CP* (gps N 50.19147; O 04.37897) biedt een mooi zicht op de Lac de la Plate Taille*. Ik heb het gevoel dat dit eerder een gedoogplaats is op het einde van het seizoen. Er zijn geen voorzieningen, zelfs geen vuilbak. 
Om hier te geraken ben ik om 9:30 u vertrokken en na 85 km om 12:00 aangekomen. Bijna twee keer de geplande afstand.

 Dit in de jaren 70 van de vorige eeuw ontstane merengebied is het grootste van België met een oppervlakte van 6,17 km² en een oeverlengte van 70 km. Samengesteld uit 5 meren, waarvan het Plate Taille het grootste is.  Mogelijkheden te over om te wandelen en te fietsen.

 In de zomer zal het hier ontzettend druk zijn. De hele infrastructuur is uitgebouwd met het oog op massatoerisme - met voor elk wat wils.

 In het infocenter zijn naast het restaurant Crocodile Rouge, ook een laser game, fietsverhuur... ondergebracht.


 De wandelschoenen aan-getrokken voor een verkenning van de Balade de Lac de la Plate Taille**. Afwissende wandeling, die je langs een compleet vakantiedorp brengt. Een investering door Nederlanders hoor ik. Je passeert ook een nieuw aangelegd golfterrein en aan een meer kan natuurlijk de jachthaven niet ontbreken. 
 Hier en daar kun je ook een stukje het bikertrail* volgen dat even het ge-asfalteerde pad verlaat.
 Na 15 km brengt het pad je terug bij de barrage en het infocenter.



Vr 02/11

 De N 599 overstekend, brengt me verrassend op een kleine parking (afgesloten met een bareel) en een niet werkende sanizuil. Hier begint de Balade de Lac de l'Eau d'Heure**.
 Ook dit pad is volledig bewegwijzerd en verloren lopen is haast onmogelijk. Er zijn spijtig genoeg minder mogelijkheden om het geasfalteerde pad te verlaten.
 Een wandeling van 21 km brengt je via de Barage de l'Eau d'Heure en Lac de Ry Jaune** langs de Lac de Falemprise* terug bij het bezoekerscentrum. Het is een stuk rustiger dan op de wandeling van gisteren. Het gedeelte van de Lac de Ry Jaune heeft mijn voorkeur.


 
Na een mondje eten, nodigt de Boucle des Lacs** tot een fietsverkenning uit.
 In Cerfontaine is er zelfs een stukje echt maintainbiken bij!
Dit zeer wisselend parcours brengt je na 40 km en ongeveer 2 u later terug bij de het vertrekpunt. De GR 125 is nooit ver uit de buurt. 

 De duisternis begint in te vallen (de omschakeling naar wintertijd is duidelijk merkbaar) en dus blijft er niet veel tijd over om het steeds veranderende landschap in je op te nemen.


 Ik ben wel nog op tijd om te genieten van de zonsondergang. 

 Een plaats om zeker eens terug te komen voor een lang weekeinde en een verdere verkenning van de streek. Dit stukje van de Botte de Hainaut** heeft me zeer bekoord.


Zat 03/11 – Froidchapelle – Abbaye d'Aulne

 Op weg naar het noorden kies ik voor een rustige CP en kom uit bij de Abdij van Aulne**. Dat is op 38 km van de barrage. Op een 10 tal km ten zuidwesten van Charleroi. De parking ligt aan de rand van het bos aan de Rue de Leernes (gps N 50.36607; O 04.33551). Er is plaats voor 5 wagens. Buiten een vuilbak zijn er geen faciliteiten. Zeer rustig.
 Aan de rand is een speelweide voor honden.
 Wegens einde seizoen kan de site zelf niet bezocht worden. Jammer. Een rondwandeling geeft toch een goede indruk van dit pareltje erfgoed dat niet verloren mag gaan.

 Deze van oorsprong cisterciënzer abdij (637) werd het mikpunt van verschillende plunderingen – van de Noormannen over de Bourgondiërs, vervolgens de Franse troepen van Hendrik II tot de geuzen. 
 In de 18 de eeuw werden uitgebreide herstel werk-zaamheden uitgevoerd. Zo werd de gotische gevel uit de 12 de eeuw vervangen door een classicistische opvolger. De gotische spitsbogen van de dwarsbeuk springen er nog duidelijk uit.

 De ondertussen weer rijke abdij werd het mikpunt van de Franse Revolutie en werd ook nog eens in brand gestoken met verlies van een indrukwekkende bibliotheek.
 Resultaat – een prachtige ruïne. De van oorsprong spirituele aard van de site wordt in enkele bijgebouwen vervangen door een meer 'wereldse' functie. Alhoewel, het 'geestrijke' product dat nu gebrouwen wordt mag er best zijn.

 Na dit interessante bezoek nodigt het bos uit tot een verkenning. Een stukje van de GR 129 brengt me naar Gozee en terug. Onderweg stuit ik op deze paddenstoelen.   Ik kies voor zekerheid en probeer maar niet of ze eetbaar zijn.


 Aan de rand van het bos kan ik dan van primitieve Waalse kunst genieten.


 Je kunt ook maar beter goed opletten voor de gelukkig maar, occasionele aan- stormende mountainbikers.

 In de middag wordt dan de andere oever van de Samber verkend. Van stilte en rust is hier geen sprake meer.   Dit is duidelijk de plek waar de Carolo's even tot rust proberen te komen en ze weten hun plekjes uit te kiezen.   Er zijn verscheidene wandelmogelijkheden, naast het zitten op een terrasje voor de iets minder sportievelingen. Maar dat kan dan niet in dit pand uit 1900.
Ik wandel hier een stukje op de GR 129, een ontdekking! 

Deze schitterende plek vraagt om een fotoshoot.



En zeggen dat sommigen Henegouwen grijs en grauw vinden.



Zon 04/11 – Abbaye d'Aulne – Thuin – Mons – Péruwelz



 Tijd om afscheid te nemen van deze schitterende plek. Toch wel een beetje met een bloedend hart, als ik eerlijk mag zijn.



 Vandaag staat weer in het teken van het belfort.

 Eerst wordt Thuin** aangedaan. 9 km naar de CP aan de Drève des Allieés (gps N 50.33939; O 04.30228). Dit is een baanparking en niet geschikt om te overnachten maar op wandelafstand van het historisch centrum.
 Tijdens de stadswandeling op een eventueel alternatief gestoten (gps P N 50.33953; O 04.29032). Ik was hier op zondag en er stond welgeteld één wagen.

 Mijn belangstelling gaat vooral uit naar het belfort**. Deze eerder 'recente' toren (17 de – 18 de eeuw) maakte oorspronkelijk deel uit van de collegiale (of kapittel) kerk. Ondertussen samen met 55 andere belforten uit België en Frankrijk opgenomen in de UNESCO werelderfgoedlijst.
 Bij het toerismebureau is een plattegrond te krijgen met diverse (stads)wandelingen. Ik heb de middeleeuwse stadswandeling ge-maakt en kom zo bij het smalste huis van Thuin.

 Een andere interessante be-zienswaardigheid waar Thuin voor gekend is, zijn de zogenaamde hangende tuinen. Trapsgewijs aangelegde volkstuintjes.

 Na dit bezoek van ruim een uur, verplaats ik mij naar het 36 km noordelijk gelegen Mons**. De parking gelegen aan het Waux-Hall park op de Ave. Reine Astrid (gps N 50.45296; O 03.96322) kan eventueel gebruikt worden als overnachtingsplaats. De Camping des Tournesols om de hoek aan de Avenue de St-Pierre (gps N 50.45143; O 03.96275) bleek gesloten.

 Beide liggen op wandelafstand (1 km) van de Grand Place. Onderweg komen we het ruiterstandbeeld tegen van Boudewijn IV de Bouwer, graaf van Henegouwen van 1120-1171. Niet verwarren met de graaf van Vlaanderen of met de koning van Jeruzalem (gekend uit de film Kingdom of Heaven) met dezelfde naam en nummer. 

 Boudewijn de Bouwer kreeg die bijnaam wegens de vele verfraaiingswerken die hij liet uitvoeren. Vooral de bouw van de Collégiale Sainte-Waudrukerk** heeft hem veel bijval opgeleverd.


 Het Grand Place* is volledig autovrij en dat maakt het slenteren over dit plein des te gezelliger. 
 Vooral aan de kant van het stadhuis zijn enkele middel-eeuwse huizen bewaard ge-bleven. 
Met de bouw van het stadhuis** wordt in de 15 de eeuw begonnen in opdracht van Karel de Stoute. Maar het oorspronkelijke ontwerp werd nooit helemaal uitgevoerd. In de 18 de en 19 de eeuw worden belangrijke toevoegingen aangebracht. Het geheel blijft wel een gotische uitstraling hebben. 
  Het is zondag en het portaal is overvol.  Ik kan onmogelijk in de buurt van het lokale aaibeeldje komen, de Grand Garde, een gebeeldhouwd aapje. 

 Maar de blikvanger van Mons blijft toch het Belfort** uit 1662.   Gebouwd op de site waar oorspronkelijk de burcht stond, is nu een park. De meningen over de indruk die het nalaat zijn verdeeld. Volgens mij zijn het net de proporties die de uitstraling bepalen. De hoogte geeft de toren iets rank en sierlijk. Met zijn 87 m staat hij op de tweede plaats, tussen Gent (95 m) en Brugge (83 m). Er zijn voor de verandering eens geen restauratiewerken aan de gang, maar helaas … de lift doet het niet.

 Het cliché geloven dat je voor een bezoek van de ene kant van Mons naar de andere kant slechts 15 min nodig hebt, is de stad groot onrecht aandoen. Maar na drie uur rondwandelen heb ik het toch gezien. Het is ondertussen ook al 15:00 u geworden en aangezien de parkeerplaats toch niet helemaal je van het is, besluit ik door te rijden. 

 Ik had gedacht na 39 km bij Blaton aan het kanaal te overnachten. Maar alle beschikbare plaatsen waren ingenomen door de kermis. 

 Dan maar de resterende 9 km doorgereden naar het bekende Péruwelz. Een blij weerzien, maar met een ditmaal bijna volledige bezetting. Deze rit is daardoor toch nog 93 km lang geworden. 

 Ik doe de wandeling van eerder deze week nog eens over – Canal richting Blaton heen en terug 8 km. Blaton net niet gehaald wegens het invallen van de duisternis – helaas geen ritje op de botsauto's voor mij. Het is ondertussen stikdonker langs het kanaal. Wie wil nu op het einde van een geslaagde trip in het water sukkelen?

Ma 05/11 – Péruwelz – Doornik – Thuis

 Het aanhoudende prachtige weer nodigt uit tot het maken van een fietstocht. Ik kies voor het traject langs het Canal Nimy-Peronne en aansluitend langs de Schelde naar Doornik. In Peronne waar beiden samenkomen, is het aanvankelijk een beetje zoeken om de mooiste route te bepalen.
Rond Antoing krijgen we meer industriële activiteit. Dan is het maar enkele km meer naar Doornik***. Een prettig weerzien. De herbestrating in het centrum en rond de kathedraal is ondertussen afgewerkt. 
 De restauratie van de kathedraal*** zal nog wel enige tijd in beslag nemen. Dit architecturaal meesterwerk uit de middeleeuwen staat dan ook terecht op de UNESCO werelderfgoedlijst, zij het nog steeds in de steigers.
 Om de ronde van de Belforten compleet te maken, bewonder ik nog even het oudste van België gebouwd in 1188. Deze sierlijke toren heeft een authentieke uitstraling en blijft mij bijzonder charmeren. 

 Aan de oevers van de Schelde nemen we de tijd voor een kleine snack om wat op adem te komen. 

 De terugweg verloopt vlot. Ik maak nog even een ommetje om van de Schelde afscheid te nemen waar deze bij de grensovergang l'Escaut wordt. In Peronne kies ik dan voor het traject via het Ancien Canal* dat dan terug overgaat in het Canal Nimy-Blaton-Peronne. In totaal is het toch een tocht van 80 km en 03:46:52 u geworden. 

 Nog een beetje nagenieten op deze toch wel goed gelegen CP. Ik had graag nog een foto gemaakt van het opvliegen van mijn nieuwe vrienden. Blijkbaar hadden ze hetzelfde idee als ik. Met het gezicht in de zon genieten van dit schitterend nazomerweer.
Helaas de klok blijft tikken en ik moet vandaag nog naar Oostende.


 Om 15:45 u vertrokken om de resterende 119 km naar huis af te leggen.  Probleemloos om 17:15 u aangekomen. Deze dicht bij huis trip is reuze meegevallen. Zeker voor herhaling vatbaar!

Reacties

Een reactie posten